“Ouderdom komt met gebreken” is een bekende volkswijsheid. Daarbij gaat het dan kennelijk niet zozeer om onze kalenderleeftijd als wel om onze biologische leeftijd. Wat kun je nog wel/niet op een gegeven moment. In allerlei (wetenschappelijke) artikelen kun je ideeën aantreffen over dit proces van verouderen. Allereerst nu aandacht voor een paar verklaringen.
Verklaring 1: ons energiebudget
Met de start van ons leven beschikken we over een energiebudget dat we gedurende ons leven kunnen inzetten voor een tweetal doeleinden. Of we gaan het benutten om te zorgen voor onze nakomelingen. Of we gaan het energiebudget inzetten om veroudering zoveel mogelijk te voorkomen.
Deze gedachte komt voort vanuit de evolutietheorie waarin alle soorten beschikken over beperkte middelen die aldus maar voor één doel kunnen worden ingezet. Met daarbij als kanttekening: behalve voor één soort: de Homo Sapiens (350.000 jaar geleden) die zich door het ontwikkelen van de hersenen – van reptielenbrein, zoogdierenbrein tot het menselijk brein -, steeds in staat is geweest zich aan te passen aan de omstandigheden en door het doen van nieuwe ontdekkingen.
Verklaring 2: celdeling
Ons lichaam is voortdurend in staat om zichzelf te vernieuwen respectievelijk te herstellen; het zogenaamde zelf herstellend vermogen van ons lichaam. Dit gebeurt in een continu proces van celdeling. Oude cellen sterven af en worden vervangen door nieuwe cellen; mitose (celdeling). Echter; op enig moment houdt dit proces van celdeling op. Dan sterven cellen af, worden senescente cellen genoemd en zet het proces van veroudering in. Waarom? Omdat senescente cellen nu juist weefselvernieuwing van andere cellen tegen gaan.
Verklaring 3: telomeerverkorting
In het verlengde van het proces van celdeling vindt tegelijkertijd ook nog een ander proces plaats; namelijk telomeer verkorting. Telomeren zijn stukjes DNA die de uiteinden van onze chromosomen bedekken (*)Je zou ze kunnen zien als “plastic schoenveterkapjes”. Bij elke celdeling wordt dit kapje steeds een beetje korter tot het moment dat het “kapje” zo klein is geworden dat verdere celdeling niet meer mogelijk is. Daarmee start dan het proces van senescente cellen met alle gevolgen van dien.
In dit verband kan de naam van de anatoom Leonard Hayflick (1928-heden) worden genoemd die uit proeven met cellen in vitro (**) constateerde dat- gemiddeld – cellen zich tussen de 50 tot 70 keer kunnen delen tot de cel sterft; de zogenoemde Hayflicklimiet. Met uitzondering van stamcellen (***) en ook -helaas – van kankercellen (onbeheerste celdeling).
(*) Ons lichaam bestaat uit 30 biljoen cellen. In iedere cel zitten chromosomen (een soort streng). Op deze streng liggen genen. Een gen is een stukje DNA: ons erfelijk materiaal. Elke cel bestaat uit 46 chromosomen, verdeeld over 23 paren. Elk paar bestaat uit 1 chromosoom van de vader en 1 chromosoom van de moeder.
(**) cellen in vitro zijn cellen buiten een lichaam om, in een Petri schaaltje in een laboratorium.
(***) Stamcellen kunnen zichzelf kopiëren (regeneratie) en kunnen zich ook ontwikkelen tot gespecialiseerde cellen.
Hoe keek een filosoof tegen deze verklaringen aan?
Bovenstaande verklaringen zou je kunnen onderbrengen bij o.a. het gedachtengoed van de Romeinse dichter en filosoof Titus Lucretius Carus (99 vC – 55 vC) die in dit verband sprak over een zegen voor de mensheid omdat zo steeds plaats gemaakt wordt voor een nieuwe generatie en verjonging.
Tegengeluiden
Het wordt tijd voor een tegengeluid. Wetenschappers of onderzoekers die nadrukkelijk op zoek zijn naar nieuwe kennis, experimenten, proeven met dieren om alsnog bovenstaande verklaringen omtrent het verouderingsproces te ontkrachten. Die i.t.t. het denken in beperkingen nu bewust op zoek zijn naar levensduurverlenging. We beginnen eerst met meer algemene bevindingen en belanden daarna op het terrein van onderzoekers met eigengereide opvattingen en onderzoekingen naar opzettelijke levensverlenging.
Tegengeluid A: een onjuiste overtuiging
Met de volkswijsheid “ouderdom komt met gebreken” kun je echter ook stellen dat deze “wijsheid” berust op een (algemeen) aanvaarde overtuiging. En dan in de zin van denkbeelden of aannames die als vanzelfsprekend worden aangenomen. Het zijn echter geen absolute waarheden of feiten maar meer subjectieve opvattingen of meningen van waaruit men denkt en handelt. Ze geven – vaak onbewust – richting aan je eigen gedrag.
Maar een overtuiging of mening kun je ook veranderen. Zo zijn er bepaalde mensen die deze overtuiging van “ouderdom komt met gebreken” onjuist vinden. Die daar een andere overtuiging tegenover stellen. “Hoezo gebreken bij ouderdom”? “Dit berust op een misverstand”. “Ik geloof helemaal niet in gebreken”. En is het niet zo dat een andere overtuiging, een andere mindset op zijn beurt ook een ander gedrag oplevert. Immers; dat wat je aandacht geeft groeit!
Tegengeluid B; dubbele vergrijzing
Bij verklaring 1, ons energiebudget, spraken we reeds over de evolutie van Homo Sapiens en de ontwikkeling van ons menselijk brein. Mede door deze ontwikkeling kunnen we thans spreken over wat we noemen de dubbele vergrijzing.
Niet alleen stijgt de gemiddelde leeftijd waarop mensen overlijden maar thans is er ook sprake van een toename van hoge leeftijden waarop ouderen overlijden. Zo zijn er 872.617 80-plussers (01/01/2023), met daarnaast 90-plussers (136.566) en 100-plussers (2.572). Deze dubbele vergrijzing is o.a. te danken aan het uitbannen respectievelijk voorkomen van voorheen besmettelijke ziekten ( cholera, tuberculose, kinkhoest, pokken), betere hygiënische omstandigheden (schoon drinkwater en leidingwater) en de steeds meer toenemende kennis, behandelingen en mogelijkheden van de medische wetenschap. En, dichter bij huis, bij het steeds meer bewust worden van een gezonde levensstijl in de vorm van niet roken, geen alcohol, voldoende bewegen, gezonde voeding alsmede bewust tijd vrij maken voor rust en herstel van lichaam en geest.
In dit verband wordt er ook wel gewezen op de mogelijke voordelen van wat wel periodiek vasten (intermitting fasting) wordt genoemd. Daarbij moet je denken aan een dieet zonder suikers, weinig eiwitten, minder calorieën en alleen op gezette tijden eten. Tevens wordt als voordeel bij dit vastendieet ook gewezen op het afremmen van diabetes type 2 (in 2040 naar schatting 1.5 miljoen mensen met diabetes).
Tegengeluid C; opzettelijke levensverlenging
Het gaat hierbij om activiteiten vanuit m.n. het biomedisch onderzoek om onze levensduur te verlengen. Zo is daar de Britse onderzoeker Aubrey de Grey,(1963-heden) specialist gerontologie en medeoprichter van de Methuselah Foundation, die onderzoek doet naar levensduur verlenging. De Grey is van mening dat ouderdom een ziekte is en dat ten gevolge van veroudering schade aan onze energiecellen, de mitochondriën, ontstaat. Volgens De Grey kan deze schade worden hersteld met behulp van bepaalde medicijnen. Daardoor blijven mensen fysiek en mentaal fit, ongeacht hun leeftijd.
Ons lichaam vergelijkt hij met een machine die slijt. Net zo als een machine heeft ook ons een lichaam preventief onderhoud nodig. Via het periodiek toepassen van herstel therapieën kan de ontstane schade worden hersteld. Is echter de schade te groot, dan is ook geen herstel meer mogelijk.
Tegengeluid D; bepaalde farmaciereuzen
In het kader van schade aan ons DNA zijn er o.a. een drietal stoffen ontwikkeld die, toegepast op muizen, hun leven leken te verlengen. Het gaat daarbij om de stoffen rapamycie, metformine en resveratrol. Bovendien zouden deze stoffen ook ouderdom tegen gaan. Met als gevolg dat er nu reeds mensen zijn die dergelijke middelen slikken zonder dat precies duidelijk is wat de mogelijke bijwerkingen zijn in ons lichaam.
Tegengeluid E; bepaalde auteurs van boeken
In dit verband kan wellicht een auteur als David Sinclair worden genoemd die eveneens van mening is dat veroudering een ziekte is. Met zijn boek Lifespan (2019) (in het Nederlands Langer gezond leven) schetst hij een beeld dat met bepaalde technologieën en een bepaalde levensstijl we gezond ruim 100 jaar kunnen worden. Die bepaalde levensstijl wordt dan veelal beschreven in termen van vitaliteit. Daarbij wordt vitaliteit omschreven als levensenergie of levenskracht. Vita. het Latijnse woord dat leven betekent.
Tegengeluid F; het transhumanisme
Als laatste in de rij zijn daar de transhumanisten. Daarbij gaat het om mensen die zo snel mogelijk na hun dood hun lichaam exact zo laten conserveren als het op het moment van hun dood was. Dit om t.z.t. het lichaam weer te laten reanimeren en, indien van toepassing, te genezen van de ziekte(n) waaraan de persoon is overleden. Het begrip dat voor dit proces wordt gebruikt is cryonisme.
Vanuit evolutionair standpunt bezien wordt hier gedacht aan een nieuw soort mens; een post-human – als opvolger van wat ooit als Homo Sapiens was begonnen. Een soort avatar(*) in een virtuele wereld.
(*) avatar: een digitale representatie op persoonsniveau die gebruikers op sociale media en online platforms gebruiken om zichzelf te vertegenwoordigen. Het woord avatar komt uit het Sanskriet en betekent incarnatie. Binnen het Hindoeïsme kan een avatar de incarnatie van bijvoorbeeld de God Vishnu in een menselijk lichaam zijn. Avatars hebben de verantwoordelijkheid voor het zorgen van rust en balans in het universum.
Samenvatting
Aan de hand van een drietal verklaringen werd duidelijk gemaakt dat ons leven hier op aarde beperkt blijft. We zijn als mens nog steeds sterfelijk. Uit de tegengeluiden werd duidelijk dat er opzettelijk allerlei initiatieven worden ondernomen om onze huidige levensduur zo veel mogelijk te verlengen. Nog los van het gegeven dat we door het beheersen van voorheen allerlei besmettelijke ziekte reeds onze levensduur hebben verlengd. Rest ons nog slechts één hamvraag: zijn er ook nadelen aan een langere levensduur?
Mogelijke nadelen van een langere levensduur
De eerste en wellicht meest belangrijke vraag is nu: betekent een langere levensduur ook een gezonde langere levensduur. Want al mag de oude wijsheid “ouderdom komt met gebreken” niet altijd opgaan, het geeft wel in essentie aan hoe mensen niet willen verouderen. Gezondheid staat centraal. En wellicht nog mooier: vitaal oud worden. Want een langere levensduur met toenemende kwetsbaarheden, tal van gebreken, pijn lijden of dementeren zal door niemand worden geambieerd.
Een tweede vraag die aan de orde komt is hoeveel langer we onze levensduur kunnen verlengen. Zo is de oudste vrouw in Nederland 115 jaar geworden die in 2005 overleed. Dit natuurlijk gegeven geeft tevens aan dat met hoeveel jaar meer dan 115 jaar we de levensduur kunnen verlengen, we uiteindelijk toch allemaal dood gaan.
Wat zegt een filosoof over (on)sterfelijkheid
De journalist en schrijver Wim Brands hield voor Human een tweetal gesprekken met de filosoof en Denker des Vaderlands René Gude (1957-2015). Gude leed aan botkanker en een paar maanden voor zijn overlijden sprak hij over zijn ziekte en sterven en hoe hij daar toen tegenaan keek.
Een tweetal uitspraken in het tweede gesprek op 29/09/2014 zijn in relatie tot het onderwerp van deze blog wellicht “symbolisch”, te weten: Over onze aarde: “daar komt niemand levend van af”. Over onze aarde met ongeveer 7 tot wellicht straks 9 miljard bewoners: “we moeten ernst maken met de relatieve onsterfelijkheid van de menselijke soort en ons druk maken over het voortbestaan van het leven op aarde”.
Bronnen
Boer, de L. (2020) Als je ouder wordt, worden je cellen ook ouder. NEMO Kennislink
Daniels, P.S. (2023) Dit is waarom en hoe ons lichaam verouderd. National Geographic.
Heine, B. (2015/20/05) Hoe oud wilt u worden? NRC Handelsblad
Schenk, D. (2021) Is het mogelijk om eeuwig te leven. New Scientist
Steketee, H. (2024) Nooit meer sterven. NRC Magazine, 52-56